FARMER - vertaling in Nederlands

• boer
• farmer
• landbouwer
• veehouder
• bedrijfshoofd
• agrariër
• melkveehouder
• landbouwers
• boeren
• boertje
• farmer's

Voorbeelden van het gebruik van Farmer in het Engels en hun vertalingen in het Nederlands

Every farmer must produce land-bound.
Elke veehouder moet grondgebonden produceren.

The farmer has left the building.
Farmer heeft het gebouw verlaten.

I thought he was a farmer.
Ik dacht dat hij boer was.

Current method of farmer spreading manure on fields; 2.
Huidige methode voor landbouwers die mest op velden verspreiden; 2.

Farmer and children working in the farm.
Landbouwer en kinderen die op de boerderij werken.

Let's say you're a farmer and you want to decide what to grow.
Stel u bent agrariër en u wilt bepalen welke gewassen u gaat verbouwen.

Farmer Stark is more worried about the likelihood of another dry summer.
Melkveehouder Stark maakt zich meer zorgen over het vooruitzicht van weer een droge zomer.

The farmer who chooses the natural way.
De veehouder die voor de natuurlijke manier kiest.

You're not an Irish farmer, though. Irish Farmer.
Maar jij bent geen Ierse boer. Ierse boer.

Bullet Farmer.
Bullet Farmer.

You know those farmer dudes with the chickens?
Weet je die boeren met de kippen nog?

Portrait of Asian traditional farmer carrying pot on head.
Portret van Aziatische traditionele landbouwers dragende pot op hoofd.

November 1942, Spenge Farmer and teacher Federal Republic of Germany.
November 1942, Spenge Landbouwer, onderwijzer Bondsrepubliek Duitsland.

Every farmer knows that there is variation present in the soil.
Elke agrariër weet dat er variatie in de bodem aanwezig is.

Does a farmer need to have InHerd in order for an advisor to work with FarmVisit?
Moet een melkveehouder InHerd hebben om een adviseur FarmVisit te laten gebruiken?

Both effects will cost the farmer extra money.
Beide effecten kosten de veehouder extra geld.

Your father. My father is a simpleton farmer.
Uw vader. M'n vader is 'n simpele boer.

Mr. Farmer.
Mr. Farmer.

Woman going shopping, farmer, everybody. He chase children.
Winkelende vrouwen, boeren, iedereen. Viel kinderen aan.

And you, farmer… I'm taking you.
En jij, boertje… Ik pak je mee.