IS HAVING - vertaling in Nederlands

[iz 'hæviŋ]
[iz 'hæviŋ]
heeft
have
get
need
do
is
his
its
krijgt
get
have
receive
gain
obtain
will
can
acquire
are given
moet
should
must
have to
need
gotta
require
ought to
shall
got
are supposed
ondervindt
experience
encounter
face
suffer
find
have
feel
affect
beleeft
experience
live
enjoy
have
do
relive
see
hebben
have
get
need
do
had
have
get
need
do
zijn
his
its
heb
have
get
need
do

Voorbeelden van het gebruik van Is having in het Engels en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Ecclesiastic category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Computer category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Please. My dog is having a breakdown.
Mijn hond heeft een zenuwinzinking. Alstublieft.
I don't care if some guy's wife is having a baby.
Het kan me niet schelen of iemands vrouw moet bevallen.
Can't you see that this woman is having a profound moment?
Zie je niet dat deze vrouw een diep moment beleeft?
Anemia is having too few red blood cells.
Veel prematuren hebben te weinig rode bloedcellen.
The only thing I'm guilty of is having the courage to stand up to her.
Ik had gewoon de moed om haar te trotseren.
No one is having a panic attack.
Niemand krijgt een paniekaanval.
Annelies is having a baby.
Annelies is zwanger.
My mama is having trouble with the baby.
Mijn moeder heeft problemen met de baby.
With these many possibilities of leisure is having an apartment in Eindhoven very attractive.
Door deze vele mogelijkheden van vrijetijdsbesteding zijn de appartementen in Eindhoven erg aantrekkelijk.
Next Havoc is having some more fun in the.
We blijven plezier hebben in de sneeuw.
My daughter is having domestic trouble.
Mijn dochter had wat relatie problemen.
Nita is having a baby in the dressing room.
Nita krijgt een baby in de kleedkamer.
And half is having a support system.
En de andere helft is steun van je omgeving.
A heart-to-heart with Damian.- Master Bruce is having.
Meester Bruce heeft een onderonsje met Damian.
At this moment he is having an afternoon nap in his bench.
Op dit moment ligt hij in zijn bench een lekker middagdutje te doen.
I am the one your man is having an affair with since one year.
Ik heb al een jaar een relatie met uw man.
Milan maybe is having an affair with the other victim?
Had Milan een verhouding met het andere slachtoffer?
Talk radio is having a field day with it.
Praat radio's hebben een sportdag.
He is having a heart attack!
Hij krijgt een hartaanval!
Someone is having an emergency.
Er is een noodgeval.
Uitslagen: 1997, Tijd: 0.0538

Woord voor woord vertaling

Top woordenboek queries

Engels - Nederlands