THE STUFF - vertaling in Nederlands

[ðə stʌf]
[ðə stʌf]
het spul
the stuff
the gear
shit
stash
the dope
thing
the yeyo
the merchandise
de dingen
stuff
thing
het materiaal
the material
the equipment
the fabric
the stuff
spullen
stuff
things
gear
items
belongings
shit
supplies
equipment
merchandise
het gedoe
thing
the trouble
stuff
shit
business
hassle
fuss
ballyhoo
whole
all the hoopla
gedoe
de zaken
case
the cause
business
thing
matter
affair
issue
trial
de stuff
the stuff
the merch
zo
so
as
that
this
thus
like this
this way
how
be
soon

Voorbeelden van het gebruik van The stuff in het Engels en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Ecclesiastic category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Computer category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
And the stuff in the bag.
En het materiaal in de zak.
The stuff that defines you.
De zaken die je bepalen.
The stuff about the lion, that was good enough for me.
Dat gedoe over de leeuwen was wel genoeg.
The stuff I accidently took when I left.
Spullen die ik per ongeluk heb meegenomen.
Ghosts are the stuff of fairy tales.
Geesten zijn de dingen van sprookjes.
Without me and all the stuff that comes with me.
Zonder mij en al het spul wat met mij komt.
When the stuff arrives:"Biker demonstration at Porte de la Chapelle.
Wanneer de stuff arriveert:'Biker demonstratie bij Porte de la Chapelle.
Today the stuff I have bought in February
Vandaag de spulletjes die ik in februari heb gekocht
This is the stuff that decides what he wants.
Dit is het materiaal dat bepaalt wat hij wil.
Is the stuff with mom really bothering you?
Zit het gedoe van mam je echt dwars?
The stuff you posted about my work.
De zaken die je postte over mijn werk.
I guess I… Try! After all the stuff that happened with my mother.
Na al dat gedoe met m'n moeder…-Probeer het.
All the stuff the Pilgrims ate.
De dingen die de pelgrims aten.
Pack up the stuff, we're leaving in ten.
Pak je spullen, we vertrekken zo.
I'm glad we didn't find the stuff.
Ik ben blij dat we het spul niet gevonden hebben.
Even if it is about the stuff they bought or are about to buy.
Al gaat het om de spulletjes die diegene gaat kopen of gekocht heeft.
I can get the stuff, all right?
Ik haal de stuff, goed?
The stuff we're made of itself makes us drawn to music.
We zijn zo geschapen om van deze muziek te houden.
It is the stuff of age-old myths.
Het is het materiaal van eeuwen oude mythen.
All the stuff with your mom, just let it come out.
Laat het eruit. Het gedoe met je moeder.
Uitslagen: 2973, Tijd: 0.081

Woord voor woord vertaling

Top woordenboek queries

Engels - Nederlands