Voorbeelden van het gebruik van Dat kind is in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Dat kind is zo dom als 't achtereind van 'n varken.
Dat kind is ziek.
Dat kind is uitgedroogd.
Hoe, dat kind is weg?
Dat kind is van Diego.
Dat kind is tijdens de burgeroorlog in Syrië opgegroeid.
Jezus. Dat kind is 12 of zo.
Dat kind is onschuldig.
Dat kind is een genie.
Vincent, dat kind is lief, maar niet je zoon.
Dat kind is altijd schoon…
hoe groter de kans dat kind is echt verliefd.
ik kijk omhoog en vang dat kind is leeg ogen,
hoe kleiner de kans dat kind is gewond tijdens het spel.
Dat kind was de incarnatie van de zonde.
Dat kind was geliefd!
Dat kind was de keizer van China!
En dat, kinderen, is nu een zakkosaurus.
Dat kind was bij Philip toe hij dood ging Edwin.
Nee, dat kind was een idioot.