Voorbeelden van het gebruik van Die week in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Die week was anders.
Die week sliep ik geen seconde
M'n tweede mislukte preek die week.
Dit is de agenda van je vader voor die week.
Eigenlijk, hij was niet eens de eerste die week.
Het kan zijn dat ik Frank gemeld heb dat Phil die week beschikbaar was.
We hebben elkaar ook nog niet gesproken sinds die week.
Ja, Alex en ik zijn er geweest die week, overdag.
Alex en ik zijn er geweest die week, overdag.
Het is lang geleden, maar ik herinner me die week. Ja.
We hebben elkaar ook nog niet gesproken sinds die week.
Herinner je je die week?
Een vriend van me zei dat die die week niet betaald zou worden.
En m'n vader nam die week het voortouw.
Dus je had de krant die week niet gezien?
Ik weet precies waar ik die week was.
Hoe dan ook, die rooie zei dat Joey 100$ te kort kwam die week. en dat hij"emotioneel" zou worden
Voor de duur van die week riep Bologna het hart van de stad ook uit tot autovrije zone.
De verschillende activiteiten en modeshows in die week stimuleren de mode-industrie om positieve verandering te omarmen.