EGOÏSTISCH - vertaling in Duits

egoistisch
egoïstisch
zelfzuchtig
egoïst
egocentrisch
egoïïstisch
egoïsme
egoi'stisch
selbstsüchtig
egoïstisch
zelfzuchtig
egocentrisch
egoïst
egoistisch
zelfingenomen
Egoist
egoïst
egoïstisch
zelfzuchtig
egozentrisch
egocentrisch
egoïstisch
zelfingenomen
eigennützig
egoïstisch
eigenbelang
zelfzuchtig
bin egoistisch
Egoismus
egoïsme
eigenbelang
egoïstisch
zelfzucht
zelfzuchtigheid
egoisme
̄sme
selbstbezogen
egoistischer
egoïstisch
zelfzuchtig
egoïst
egocentrisch
egoïïstisch
egoïsme
egoi'stisch
egoistisches
egoïstisch
zelfzuchtig
egoïst
egocentrisch
egoïïstisch
egoïsme
egoi'stisch
egoistische
egoïstisch
zelfzuchtig
egoïst
egocentrisch
egoïïstisch
egoïsme
egoi'stisch
selbstsüchtige
egoïstisch
zelfzuchtig
egocentrisch
egoïst
egoistisch
zelfingenomen
selbstsüchtiger
egoïstisch
zelfzuchtig
egocentrisch
egoïst
egoistisch
zelfingenomen
selbstsüchtiges
egoïstisch
zelfzuchtig
egocentrisch
egoïst
egoistisch
zelfingenomen
Egoisten
egoïst
egoïstisch
zelfzuchtig

Voorbeelden van het gebruik van Egoïstisch in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Ecclesiastic category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Computer category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Banaal en egoïstisch en onnozel.
Banal und selbstbezogen und lächerlich.
Omdat je egoïstisch bent en een leugenaar.
Weil du ein Egoist bist und ein Lügner.
Een beetje egoïstisch, vind je niet?
Etwas egozentrisch, finden Sie nicht?
Weet je, ik ben niet egoïstisch.
Weißt du, ich bin nicht selbstsüchtig.
Toen besefte ik dat ik egoïstisch was geweest.
Da erkannte ich, dass ich egoistisch war.
Het was egoïstisch, niet nobel.
Es war eigennützig, nicht nobel.
Banaal en egoïstisch en lachwekkend.
Banal und selbstbezogen und lächerlich.
Het is niet alleen egoïstisch, het is volkomen onverantwoordelijk.
Das ist nicht nur Egoismus, sondern unverantwortlich.
Ik ben egoïstisch en laf.
Ich war ein Egoist und ein Feigling.
Dat ik zo egoïstisch was.
Dass ich so egozentrisch war.
Ik ben niet egoïstisch.
Ich bin nicht selbstsüchtig.
Ik was… Ik was dom en egoïstisch.
Ich war dumm und egoistisch.
Ik ben niet egoïstisch, ik ga iedereen redden.
Ich bin kein egoistischer Hirsch. Ich werde alle retten.
Egoïstisch als immer.
Eigennützig wie immer.
Dat is niet egoïstisch, maar onverantwoordelijk.
Das ist nicht nur Egoismus, sondern unverantwortlich.
Zo niet, dan ben je egoïstisch.
Ansonsten ist man ein Egoist.
Voor deze tijd was ik erg egoïstisch en zelfingenomen.
Vor dieser Zeit war ich sehr egozentrisch und selbstgerecht.
En zeg ik dingen die ongevoelig en egoïstisch klinken.
Und vielleicht sage ich Dinge, die gefühllos und selbstbezogen klingen.
Lk ben stom geweest, en egoïstisch.
Ich war dumm und egoistisch.
Ik kan niet geloven hoe egoïstisch jullie zijn.
Unglaublich, wie selbstsüchtig ihr seid.
Uitslagen: 2076, Tijd: 0.0669

Top woordenboek queries

Nederlands - Duits