GEKLETS - vertaling in Duits

• Gerede
• Smalltalk
• Geschwätz
• reden
• Geplauder
• Geplänkel
• Geplapper
• Gequatsche
• Gerücht
• Plauderei
• Getratsche

Voorbeelden van het gebruik van Geklets in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits

Soort man die patronen kan herkennen in het geklets tussen verdachte partijen.
Die Art von Mensch, die Muster im Gerede von Verdächtigen finden konnte.

En springen in mijn Challenger? Waarom stoppen we niet met dit geklets.
Und steigen in meinen Challenger. Lassen wir den Smalltalk.

Lees voor, alstublieft. Geen geklets.
Lesen Sie, bitte. Reden Sie nicht!

Geen geklets.
Kein Geplänkel.

Ik ben echt hilarisch. Dat is maar geklets.
Das ist nur Geschwätz. Ach.

Geen geklets, geen attitude.
Kein Gequatsche, keine Frechheiten.

Ze viel je altijd lastig met haar banale geklets.
Sie hat Sie dauernd mit ihrem geistlosen Geplapper genervt.

Mensen bang maken met uw domme geklets over experimenten van het leger.
Sie erschrecken Leute mit unsinnigem Gerede über Experimente der Armee.

noem je geklets.
nennen Sie smalltalk.

Te veel geklets.
Das ist zu viel Plauderei.

Deprimerend geklets? Soms wil je?
Manchmal braucht man… depressives Gequatsche?

Geen muziek. Geen geklets.
Kein Gerede. Keine Musik.

Ik ben het geklets gewoon beu.
Ich bin das Getratsche so leid.

En geen geklets.
Und kein Geplapper.

Namen, plaatsen, geklets.
Namen, Orte, Smalltalk.- Namen?

Maar genoeg geklets.
Aber genug der Plauderei.

Geen geklets. Prima.
Kein Schwätzchen. Gut.

Politiek draait om geld en geklets.
Und ist Politik nicht nur Geld und Gerede?

Maar het echte probleem wordt niet geklets en familie gekibbel.
Aber das Problem sind nicht Smalltalk und Familienstreit.

Geen geklets tijdens werkuren.
Keine Schwätzchen bei der Arbeit.