Voorbeelden van het gebruik van Ontlopen in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Die zal z'n straf niet ontlopen.
Nee, Sunshine… je kan niet ontlopen wie je bent.
Jen, je kan me niet blijven ontlopen.
Je hoeft me niet continu te blijven ontlopen.
Je kunt me niet blijven ontlopen.
Ik kon haar niet ontlopen.
Je kan niet ontlopen, wat je hebt gedaan Jason.
Trouwens, hoe vaak zei je wel niet dat je een virus niet kan ontlopen.
Hij mag z'n straf niet ontlopen.
Je kunt je lot niet ontlopen, David.
Je kunt je lot niet ontlopen.
Alsof je iedereen wilt ontlopen.
Je kunt me niet de hele avond ontlopen.
Hij ontloopt ons omdat hij jou wil ontlopen.
Je kunt het niet ontlopen.
De gerechtigheid die je niet kunt ontlopen.
Daarna zullen we praten over hoe je de doodstraf kunt ontlopen.
Je kunt me niet blijven ontlopen.
Hij kan me niet langer ontlopen.
Dat kun je niet ontlopen.