Voorbeelden van het gebruik van Peiling in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Peiling wordt luider.
Het is maar een peiling.
Peiling in 270 graden.
Die peiling.
Peiling gaat snel naar rechts.
Oké, een snelle peiling.
Kilometer, peiling 003… Ongeveer 50. positie 27, geloof ik.
Stilte. We deden een peiling.
Peiling Cape Schanck.
Fauzi, het is maar één peiling.
Peiling 345, relatief.
Iedereen, ik doe een peiling.
Peiling rood 10, sir.
Hier zijn de eerste resultaten van onze eerste vloot peiling.
Ongeveer 50.000 kilometer, peiling 003… markering 2-7, geloof ik.
Geen peiling meer.
Rapporteer de peiling.
We hebben een peiling.
Operatie systeem 1, bereik en de peiling naar de terminal?
Uit de peiling blijkt dat men in het algemeen tevreden is over de effectiviteit van de verordening.