Voorbeelden van het gebruik van Psychiater in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Haal een psychiater en vraag de apotheek wat Triphase is.
Laat 'm ter wereld brengen door een psychiater.
Ik denk dat ze een psychiater nodig heeft.
Nee, wat u nodig hebt mam is een psychiater.
Maar ik ben niet je psychiater.
Die ging drie keer per week naar de psychiater.
Daarom wil je psychiater spelen voor jouw patiënt de rest van je leven.
Hij gaat te rade bij een psychiater.
Nee. Ik ga naar een psychiater.
Ik praat liever met u, dan met een psychiater.
Jij hebt een psychiater nodig.
Of een psychiater.
Beacham liep drie jaar geleden kort bij een psychiater.
Ik ben een psychiater.
De psychiater denkt dat hij een wonderkind is.
De moord op de psychiater lijkt me ook redelijk simpel.
De psychiater, waarom?
Barney, ik ben geen psychiater.
Ik ga niet naar de psychiater.
De donkere dingen, die ze hun psychiater niet vertellen.