Voorbeelden van het gebruik van Juichte in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Het was haar geliefde volk dat voor Nero juichte.
Dothan juichte toen Kennedy dood was.
En juichte.
Dothan juichte toen Kennedy dood was.
De noordelijke tribune juichte voor dit doelpunt van Lazio.
Maar je juichte in het stadion.
De galerij juichte.
De hele school juichte.
De menigte juichte.
Toen Myrna weg was, juichte iedereen.
Mijn vader juichte.
Ik was degene die juichte toen ze bungelde.
Juichte als welk van de 80 olympische teams dan ook op straat was.
Hoe je voor me juichte.
Misschien juichte hij voor het verkeerde voetbalteam.
De gehele wereld juichte het toe als de redder van de maatschappij.
Ik juichte in de schaduw van uw vleugels.
De blanke meid juichte altijd voor Ole Miss.
Elke keer als Clay scoorde juichte de menigte en ze… gloeide.
Ik juichte, net als iedereen.