Voorbeelden van het gebruik van Leefden in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Sedert vijf dagen leefden wij van saamgeperste lucht!
Lepidotes is een uitgestorven geslacht van straalvinnige vissen die leefden in het Jura.
Er vielen veel doden en we leefden als beesten.
En ik zal opnieuw voor je zorgen, net zoals we leefden in Haifa.
Weet je nog hoe we leefden?
Ik had de indruk dat we in een democratie leefden.
U dacht dat wij in een building met airco leefden?
Dat betekent dat we toen allemaal nog in Afrika leefden.
Leefden jullie toen al?
We leefden samen en hebben erover gepraat.
Ze leefden niet eens als dieren.
We leefden allemaal onder die schaduw.
Hoe ze leefden, is hoe hij ze kiest.
Studenten leefden en studeerden in hetzelfde gebouw.
De monniken leefden in armoede.
Jullie leefden als koningen met ons vergeleken.
De bewoners leefden voornamelijk van de landbouw
Leefden Homo sapiens en onze hominide voorouders in kleine gemeenschappen.
Leefden de vrouwen in de buurt van waar ze gevonden werden?
Ze leefden van jullie lijden en dit zal worden blootgelegd.