Voorbeelden van het gebruik van Misselijk in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Dus, nu ben ik misselijk, groen en verkouden.
Ik word misselijk.
Weet je wat mij misselijk maakt?
Drinken van lichaamsdelen maakt me misselijk.
Ze werden niet eens misselijk.
Zij is zwanger en ik ben misselijk.
maar… je parfum maakt me misselijk.
Capecitabine SUN kan u duizelig, misselijk of vermoeid maken.
Het maakt me misselijk.
Ik ben niet misselijk.
De mensen worden er misselijk van.
De gedachte dat ik jou zou verliezen maakte me misselijk, dus stopte ik ermee.
Het leek goed te gaan, maar op de terugweg werd hij misselijk.
Ik ben al misselijk.
Nee, ik ben misselijk.
Dit maakt de mensen misselijk.
Mr. Sugarman werd misselijk!
Vrouwen zijn 's morgens misselijk tijdens de zwangerschap.
anders worden jullie misselijk.
Bent u misselijk?