ENFERMO - vertaling in Nederlands

• ziek
• patiënt
• misselijk
• ziekelijk
• krank
• onwel
• sick
• gestoord
• zieke
• zieken
• zieker
• ziekelijke

Voorbeelden van het gebruik van Enfermo in het Spaans en hun vertalingen in het Nederlands

Estás enfermo.
Jij bent ziekelijk.

Esto es todo un estado enfermo.
Dit is allemaal ziekelijke toestand.

Comer mal mientras esté enfermo sólo le hará sentirse peor.
Slecht eten terwijl je ziek bent, maakt je alleen maar zieker..

Este tipo está enfermo.
Die man is gestoord.

Si el reptil está comenzando a parecer estresado o enfermo, es necesaria una intervención.
Als het reptiel begint te kijken gestrest of onwel, ingrijpen noodzakelijk.

Había estado enfermo últimamente y murió ésta mañana.
Hij was de laatste tijd ziekelijk en stierf hedenmorgen.

¿Te gusta estafar a los niños, monstruo enfermo?
Bedot je graag kindjes, ziekelijke freak?

Mientras los dos hermanos se enfrentan al frío, Daniel está cada vez más enfermo.
Terwijl de twee broers vechten tegen de kou wordt Daniel steeds zieker.

Está mentalmente enfermo.
Hij is psychisch gestoord.

Su Santidad está enfermo.
Zijne Heiligheid is onwel.

Tan enfermo.
Zo ziekelijk.

Comer y beber estas cosas no me hizo sentir más enfermo.
Het eten en drinken van deze dingen maakte me niet zieker.

eres un bastardo enfermo.
spelletje niet mee, ziekelijke schoft.

¡No soy un enfermo!¡Tú sí!
Ik ben niet gestoord.

Está enfermo.
Hij is onwel.

E-N-F-E-R-M-O, enfermo.
G-U-S-T-O-O-R-T, gestoord.

Mi amigo está enfermo.
M'n vriend is onwel.

Brady McGraw está mentalmente enfermo.
Brady McGraw is geestelijk gestoord.

Fue realmente enfermo.
Het was echt gestoord.

sólo está enfermo.
hij is alleen gestoord.