Voorbeelden van het gebruik van Niet getrouwd in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Waarom zijn jullie niet getrouwd?
Ik ben niet getrouwd.
Nu weet ik waarom je niet getrouwd was.
het goed zit zolang je niet getrouwd bent.
Waarom ben je niet getrouwd?
Ik ben niet getrouwd.
Je zei dat je niet getrouwd was.
Hoe kan het toch dat je niet getrouwd bent?
Ik ben niet getrouwd.
Ik ben niet getrouwd.
Ik was ook niet getrouwd.
Stacey, Ik ben niet getrouwd!
Je bent dus niet getrouwd?
Waarom ben je niet getrouwd?
Ze zijn niet getrouwd.
U bent toch niet getrouwd?
Waarom zijn ze niet getrouwd?
Hij is toch niet getrouwd?
Jullie zijn toch niet getrouwd?
Niet getrouwd.