Voorbeelden van het gebruik van Partner in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Versier je lichaam om een partner aan te trekken.
Mijn partner Olivia Moore.
Dat is wat Margaret mijn partner aan het vertellen is in de andere kamer.
Sorry jongens, Partner speelt vanavond niet.
Hij was de partner, maar kijk eens hoe Slade schreef.
Hopelijk zijn ze minder vervangbaar dan je laatste partner.
Het was heel zwaar toen m'n eerste partner doodging.
Mijn partner is rechercheur Baez.
Mijn partner steelt het liefst auto's gemaakt uit de tijd voor de GPS.
Partner, we hebben groot nieuws.
Jij en je partner hebben het casino overvallen.
Mijn moeder… En haar partner, Robin.
Ik was nog nooit met iemand een partner die zo… heftig rijd.
M'n oude partner gaat trouwen.
Ros is partner, kan zij niet?
Ga kijken waar Partner is met de voorraden.
Elke held heeft een hulpje nodig… en elke schurk een partner.
Zesentwintig in totaal, inclusief mijn partner.
Maar, helaas, mijn zeer ongeduldig partner niet.
Mijn partner Elaine.