PASJE - vertaling in Frans

laissez-passer
pas
pass
vrijgeleide
toegangspas
doorlaatbewijs
in een festivalhotel
gangpasje
carte
kaart
card
plattegrond
creditcard
map
bord
overzichtskaart
landkaart
passe
gaat
komt
passeert
brengt
loopt
hand
wachtwoord
besteedt
is
doorbrengt
badge
penning
insigne
naamplaatje
button
ID
naambordje
OBU
politiepenning
legitimatie
naambadge
pass
passen
de pas
sleutelkaart
laisser-passer
pas
don 't pass come
col
kraag
hals
col de
baarmoederhals
pas
berg
boord
bergpas
cervix
klim

Voorbeelden van het gebruik van Pasje in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official/political category close
  • Computer category close
  • Programming category close
Met een pasje.
Ik geef je wel een gratis pasje.
Ça ira, je te filerai un pass gratuit pour la journée.
Drieeneenhalve kilometer na Münsterhalden slaan we op een pasje rechtsaf.
Trois kilomètres et demi après Münsterhalden l'on prend à droite sur un col.
Perfect. Ik wilde je laten weten dat jouw pasje klaar is.
C'était pour vous dire que votre badge est prêt.
Oké, ik heb 't pasje gejat.
Bon, j'ai pris la carte.
Ik werd niet kwaad omdat mijn pasje geblokkeerd werd.
Je n'ai pas pété les plombs parce que mon passe avait été bloqué.
Hij kreeg een pasje.
Il a eu un laissez-passer.
krijgen rijke klootzakken een pasje?
des riches trou du cul ont un pass?
Klanten hoeven niet meer naar hun portemonnee en het juiste pasje te zoeken.
Les clients ne perdent plus de temps à rechercher la bonne carte dans leur portefeuille.
Ik heb een pasje. Het is getekend door generaal Sheridan.
J'ai un passe signé par le général Sheridan.
Bij aankomst krijgt u een pasje voor uw auto.
Vous recevrez un laissez-passer pour votre voiture à l'arrivée.
Daar verstopte hij z'n pasje, z'n vieze geheimpje.
Il y cachait sa carte, ses vilains secrets.
Heb je een pasje?
Avez-vous un laissez-passer?
Dat mag niet zonder pasje.
On n'entre pas sans passe.
Geef me het pasje.
Donne moi la carte.
Zeg, heb je een pasje?
Dis donc, t'as un laissez-passer?
Je gevonden een pasje.
Je t'ai eu un passe.
Veel jongens lenen bibliotheek… boeken zonder pasje.
On a eu des problèmes avec des garçons qui emportent des livres sans la carte.
Heeft u een pasje?
Vous avez un laissez-passer?
Die eikel had beloofd me een pasje te geven.
Ce salaud. Il a dit qu'il me donnerait un passe.
Uitslagen: 105, Tijd: 0.0924

Top woordenboek queries

Nederlands - Frans