Voorbeelden van het gebruik van Belijd in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Belijd al je zonden voor het aangezicht van God.
En zelfs al was ik belijd, zou ik niet meer van je kunnen houden dan ik al doe.
Maakt het geloof in God dat ik belijd, mij vriendschappelijk of vijandig voor wie anders is dan ik?”.
Finn was al belijd.
Maakt het geloof in God dat ik belijd, mij vriendschappelijk of vijandig voor degene die anders is dan ik?
de Seeker bleef belijd, en faalde daardoor in zijn zoektocht.
Als ik haar belijd, Kan ik haar bevelen Cara de Levensadem te geven, en kun jij de betovering uitvoeren.
Maakt het geloof in God dat ik belijd, mij vriendschappelijk of vijandig voor degene die anders is dan ik?
En als u hem niet belijd, zal hij de kracht van Orden hebben
Maakt het geloof in God dat ik belijd, mij vriendschappelijk of vijandig voor degene die anders is dan ik?
Als u ziek bent, belijd dat u genezen wilt worden,
Belijd dus je zonden voor God,
Belijd aan iedereen: “Zijn oog is op de mussen
Dennee en Finn kunnen niet worden belijd, dus heeft de aanraking van hun zoon geen effect.
Als er iets in uw leven verkeerd is, belijd het dan nu zachtjes in de tegenwoordigheid van de Heilige Geest!
Als je haar niet belijd, zal ik je neerschieten en dan schiet ik haar neer.
U zegt:"Wat zullen ze zeggen, ik die belijd een Christen te zijn en dan naar voren naar het altaar te komen, wat zouden ze zeggen?".
Als u een verkeerde daad heeft verricht en zij twintig, belijd die ene alsof u de hoofd overtreder bent.
Belijd uw zonden aan elkaar, En bid voor elkaar,
Belijd al wat u gedaan hebt,