Voorbeelden van het gebruik van Opofferen in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Mijn Heer ik had zelfs het eeuwige leven willen opofferen.
Je bent iemand die alles wil opofferen om zijn geliefden te beschermen.
Ik laat je niet jezelf opofferen.
je mag hen niet opofferen.
Ik wil geen onschuldige levens opofferen.
Waarom dan zulke waardevolle informatie opofferen?
Je mag jezelf niet opofferen voor haar.
Dat jij alles moest opofferen.
Onvoorstelbaar dat Uwe Hoogheid de Guillotines voor kanonnen wil opofferen.
Je wilt de passie van je kind opofferen om een boodschap te sturen?
Ik moest me van de koepel opofferen.
Denk je dat ik mijn zus man opofferen voor betere lonen?
Het was dat of een van hun maten opofferen.
Dan had Crixus niet die van hem hoeven opofferen voor iets vuil en geruïneerd.
Dat zeggen ze omdat ze zich niet willen opofferen voor de waarheid.
Je mag niet alles aan de emotie opofferen.
Alles opofferen.
Waarom liet hij zich opofferen?
We moeten al onze lagere emoties opofferen op het altaar van de zoektocht.
Wil je je eigen leven opofferen voor die van hem?