TRIUNFO - vertaling in Nederlands

• triomf
• overwinning
• succes
• zege
• winst
• triumph
• triunfo
• winnen
• troef
• triomphe
• triomftocht
• zegepraal
• de triomphe
• triomferen

Voorbeelden van het gebruik van Triunfo in het Spaans en hun vertalingen in het Nederlands

Asistida por el Oeste, este poder triunfo el 9 de mayo de 1945.
Geholpen door het Westen, triomfeerde deze macht op 9 mei 1945.

Por augurio, por triunfo, por aclamación popular.
Door voortekenen, Door overwinningen, door het gejuich van het volk.

El botón“triunfo R” abre la ventana derecha con el gráfico correcto.
De knoop„wint R“ opent Juist Venster met Juiste Grafiek.

Más imágenes similares de'Hombre que gesticula triunfo'.
Meer gelijksoortige voorraadbeelden van'Het gesturing van de mens wint'.

Eso es un triunfo épico.
Dat is een'epic win'.

Cuando hablamos del éxito no nos referimos solo al triunfo profesional.
Wanneer we het over succes hebben, dan verwijzen we niet alleen naar professionele successen.

Preocupación por la salud de sus clientes: una carta de triunfo competitiva muy fuerte.
Bezorgdheid over de gezondheid van zijn klanten- een zeer sterke concurrerende troef.

¿Cuál es el triunfo?
Wat is troef?

Cualquier triunfo en payline permitido activa el juego de sobresueldo de Jugada.
Een overwinning op een actieve winlijn activeert de Gok bonusspel.

Si hay una cosa que puede maternidad triunfo, que es la fe.
Als er één ding is dat kan troef moederschap, is het geloof.

Aquellos que tienen una menor dignidad triunfo, va primero.
Degenen die een troef kleinste waardigheid, gaat eerst.

El triunfo de dispersión es añadido al triunfo de payline.
Scatter wins worden toegevoegd aan de winlijn wint.

¿Otro triunfo, según escuché?
Weer een succes, hoor ik?

Hotel Triunfo es una opción realmente ideal para los viajeros y de negocios.
Triomfantelijke hotel is echt een ideale keuze voor zowel zakenreizigers als zakenman.

Qué triunfo.
Wat een triomf.

¡otro triunfo para el razonamiento deductivo!
Een andere triomf voor deductief redeneren!

Otro triunfo de los opositores.
Nog een overwinning van de tegenstanders.

Que triunfo.
Wat een zege.

Si no puedo tener un triunfo, pensaba en tomar la silla de cónsul.
Als ik geen zegetocht krijg… zou ik best het consulschap willen.

Otro triunfo quirúrgico.
Nog een chirurgische triomf.