FIEL - vertaling in Nederlands

viel
fallen
greifen
unterliegen
stürzen
werden
runterfallen
geraten
fallenlassen
unterstehen
gegenstand
daalde
sinken
fallen
zurückgehen
senken
verringern
abnehmen
gehen
steigen
rückläufig
schrumpfen
kwam
kommen
werden
stammen
wollen
gelangen
treten
hier
holen
treffen
auftauchen
zakte
beutel
fallen
durchfallen
sinken
senken
taschen
säcke
tüten
konserven
sacke
vond
finden
halten
suchen
denken
mögen
haben
herausfinden
meinen
lieben
feststellen
is
sind
wurden
haben
geben
bedacht
überlegen
denken
vorstellen
finden
einfallen
einfallen lassen
meinung ändern
entwickeln
nachdenken
kommen
val
falle
fall
sturz
untergang
zusammenbruch
hinterhalt
niedergang
greift
stehst
bin
liet
lassen
bringen
zeigen
dann
holen
sagen
mal
vergessen
erlauben
fangen

Voorbeelden van het gebruik van Fiel in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Ecclesiastic category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Computer category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Vermutlich fiel er in der Schlacht.
Vermoedelijk sneuvelde hij in de slag.
In der Hand, Mir fiel durch Zufall.
Ik vond"Adolphe" in je bibliotheek.
Alles fiel vor 10 Monaten auseinander.
Tien maanden geleden kwam overal een eind aan.
Sie fiel durch das Examen.
Ze zakte voor haar examen.
Sie fiel auf die Gleise!
Ze viel op het spoor!
Bei Nadelbäumen fiel der Prozentsatz um 2,85.
Voor de naaldbomen daalde dit percentage met 2,85.
Stark fiel 1916 im Ersten Weltkrieg.
Stark sneuvelde in 1916 tijdens de Eerste Wereldoorlog.
Anschließend fiel die Oper in Vergessenheit.
De opera is daarna in de vergetelheid geraakt.
Janelle fiel es schwer, als sie schwanger war.
Janelle vond het heel moeilijk om te stoppen toen ze zwanger was.
Doch dann fiel mir ebenfalls ein, dass er schwul ist.
En toen bedacht ik dat hij homo was.
Mein Vater fiel in Dünkirchen.
Mijn vader kwam om bij Duinkerken.
Beschloss ich zu bleiben und eure Queen zu werden. Aber nachdem Amerika fiel.
Maar na de val van Amerika bleef ik hier en werd ik koningin.
Will? Er fiel beim test durch.
Will? Hij zakte voor de test.
Dann fiel ich in ein Loch.
Toen viel ik in een gat.
Der Aktienwert fiel um 18 Punkte auf ein neuen Tiefstand…-.
De koers daalde met 18 punten.
Mir fiel das Telefon runter.
Ik liet m'n telefoon vallen.
Zwingli fiel in dieser Schlacht.
Zwingli sneuvelde in deze veldslag.
Fiel in letzter Zeit etwas vor… das Sie beunruhigt hat?
Is er onlangs iets gebeurd wat u zorgen baarde?
Aber dann fiel mir auf, dass ich durch die Sache viel mehr verlor.
Maar toen bedacht ik dat ik hierdoor andere dingen ben kwijtgeraakt.
Es fiel mir schwer, ihn zu mögen.
Ik vond het moeilijk om hem te mogen.
Uitslagen: 3883, Tijd: 0.1047

Top woordenboek queries

Duits - Nederlands