NOCHMAL - vertaling in Nederlands

• nog eens
• weer
• nog een keer
• opnieuw
• nogmaals
• ook alweer
• terug
• nog 'n keer
• nog 'ns
• nog een keertje

Voorbeelden van het gebruik van Nochmal in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands

Wie war nochmal dein Name, Gefreiter? Scheiße.
Wat was je naam ook alweer, soldaat? Shit.

Ich sage es nicht nochmal, Daan.
Ik zeg het niet nog een keer, Daan.

Ich muss nochmal mit Ihrem Sohn sprechen, Mr. Dannon.
Ik moet uw zoon weer spreken, Mr Dannon.

Ich will es nochmal versuchen. Was?
Ik wil het opnieuw proberen.- Wat?

Aber Lyle sagte, er wolle das nicht nochmal durchmachen.
Maar Lyle zei dat hij het niet nog eens wilde doormaken.

Kannst du nochmal nachsehen?
Kun je nog 'n keer kijken?

Wir gehen nochmal durch die Luftschleuse.
We gaan terug via de sluis.

Nochmal, ich bin Cop.
Nogmaals, ik ben een agent.

Was stand nochmal auf dem Totenschein? Standesamt Lichtenberg.
Wat stond er ook alweer op de overlijdensakte? Burgerlijke Stand Lichtenberg.

Ich kann nicht nochmal sterben.
Ik kan niet nog een keer sterven.

Sie muss nochmal in die Reha.
Ze moet weer naar het revalidatiecentrum.

Ich kann nicht fassen, dass ich es nochmal tun muss.
Ik kan niet geloven dat ik dit opnieuw moet doen.

Ich finde, wir müssen das nochmal besprechen.
Ik vind dat we dat nog eens moeten bespreken.

Mach das nochmal, und ich bringe dich um.
Raak me nog 'ns aan en je gaat eraan.

Sag es nochmal, lauter!
Zeg het nog 'n keer, harder!

Und nochmal danke, Adam.
En nogmaals bedankt, Adam.

Der mich nochmal zu dem Restaurant schickte.
Die me terug naar dat restaurant stuurde.

Kann ich das Video nochmal sehen?
Kan ik de video nog een keer zien?

Wieso seid ihr nochmal hier?
Waarom zijn jullie ook alweer hier?

Ich kann nicht nochmal sterben.
Ik kan niet weer sterven.