Voorbeelden van het gebruik van Weer in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Kom alsjeblieft weer tot leven.
Let op het vreemde weer, de verschuiving van de zwaartekracht.
Ik wil weer naar het beeld van Balto, de sleehond.
Het weer is perfect.- Nee, John.
Ze stapte weer in de auto.
Ik wil Ha-ram niet weer kwetsen.
Helen, dit is niet weer zomaar een biopsie. Wacht even.
Weer een uur in het vagevuur. Agent Keen?
Toen ik weer op de weg zat,
Met dit weer kunnen we niet naar m'n moeder.
Wat is het weer, precies, dat U doet, Rod? Commissie,?
Hoe is het weer in Rome?
Duik niet weer in een container.
Ik had ze terug en raakte ze weer kwijt.
Je had er weer een, of niet?
Weer zo'n briljante analyse.
Ik ga weer aan het werk. Ja.
We moeten weer met Finn Rourke gaan praten.
Ik had weer een visioen van Lana.
Is het mooi weer in Bangkok?