CARPOOL - vertaling in Nederlands

carpool
car-pooling
rideshare
ride-share
samen
together
along
jointly
work
join
combine
carpoolplaats
carpoolplace
carpool
samenrijden
riding together
carpool

Voorbeelden van het gebruik van Carpool in het Engels en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Ecclesiastic category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Computer category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
She won't be participating in carpool anymore.
Ze zal niet meer deelnemen in de carpool.
We can carpool together.
We kunnen samen carpoolen.
We're meeting here for the carpool today.
We ontmoeten elkaar hier vandaag aan de carpool.
Next time, we should carpool.
De volgende keer moeten we carpoolen.
You're my carpool.
Je bent m'n carpool.
That's the problem. They carpool.
Dat is het probleem. Ze carpoolen.
God, I hate carpool day.
God, ik haat carpool dag.
Or… maybe we could carpool.
Of misschien… Misschien kunnen we carpoolen.
Maybe we can carpool.
Dan kunnen we carpoolen.
Husband, playdates, carpool, church.
Echtgenoot, vriendjes van kinderen, carpool, kerk.
You already have a profile on carpool.
Had je al een profiel op carpool.
For example, people who carpool are rewarded with a free parking space.
Mensen die carpoolen worden bijvoorbeeld beloond met een gratis parkeerplek.
Yeae carpool without taking a shower.
Ja, carpoolen zonder te douchen.
Carpool to work or school with other people instead of driving by yourself.
Rijd met andere mensen mee naar werk en naar school of neem zelf anderen mee.
Carpool within your company? Events Campus.
Carpoolen binnen je bedrijf? Events Campus.
This way they can easily carpool to the same work location.
Zo kunnen zij gemakkelijk samen carpoolen naar de werklocatie.
Oh, gosh, carpool and fluffernutter… because soccer, right?
Jeetje, carpoolen en pindakaas… want voetbal, niet?
Join a carpool and ferry others to work rather than driving in alone.
Kies voor carpoolen en breng anderen naar het werk in plaats van alleen te rijden.
When you said carpool, I thought you meant just us.
Toen je zei carpoolen, dacht ik alleen wij.
Carpool's here.
De carpooler is hier.
Uitslagen: 194, Tijd: 0.0657

Top woordenboek queries

Engels - Nederlands