GET HOME - vertaling in Nederlands

[get həʊm]
[get həʊm]
weer thuis
back home
home again
get home
come home
returned home
go home
back in the house
home in time
finally home
weather at home
naar huis komen
to come home
to get home
return home
be home
terug naar huis
back home
return home
go back home
back to the house
get back home
come home
home again
thuis geraken
get home
make it home
wel thuis
get home
home fine
right at home
ride home
safe home
go home
terug thuis
back home
get back home
home again
returned home
back at the house
coming home
thuiskomt
come home
get home
be home
homecoming
return home
back home
thuis kom
come home
get home
arrive home
get back
return home
get to the house
gonna be home
are back home
come back
home soon
thuis te krijgen
get home
weer naar huis
back home
home again
return home
get home
go back home
back to the house
come home
thuis raken
naar huis brengen
get home

Voorbeelden van het gebruik van Get home in het Engels en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Ecclesiastic category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Computer category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
When I get home, we will give him a proper burial.
Als ik weer thuis ben, begraven we hem.
I don't… I was thinking when we get home.
Ik bedoelde ook niet nu, maar als we terug thuis zijn.
That means I can get home!
Dat betekent dat ik terug naar huis kan!
I couldn't get home.
Ik kon niet naar huis komen.
We will wash them when I get home.
We zullen afwassen als ik thuis kom.
You will get it back when you get home.
Je krijgt het terug als je thuiskomt.
To help her get home.
Om haar thuis te krijgen.
Okay.- Get home safely, Lakeisha.
Oké. Wel thuis, Lakeisha.
It's already afternoon by the time you get home.
Pas aan het einde van de middag zijn jullie weer thuis.
I'm gonna work on that when we get home.
Daar ga ik werk van maken als we terug thuis zijn.
But I have to get home, too.
Maar ik wil ook thuis geraken.
Maybe if I can work out the reason, I can get home.
Als ik de reden weet kan ik misschien terug naar huis.
My boat got towed and I couldn't get home last night.
Mijn boot werd gesleept en ik kon niet naar huis komen vannacht.
When I get home.
Als ik weer thuis kom.
They will slice you up when you get home.
Ze snijden je open als je thuiskomt.
You ought to get home.
Jij moet weer naar huis.
Get home safely. Do you have anyone waiting for you at home?.
Wel thuis. Is er… iemand die thuis op je wacht?
Okay. I really should get home.
Oké, ik moet echt terug naar huis.
I didn't know if I was gonna get home alive.
Ik wist niet of ik nog levend zou thuis geraken.
I brought technology to help Voyager get home.
Ik heb technologie om Voyager thuis te krijgen.
Uitslagen: 1607, Tijd: 0.0632

Woord voor woord vertaling

Top woordenboek queries

Engels - Nederlands