Voorbeelden van het gebruik van Hartstocht in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Hartstocht. Woede, agressie.
Hartstocht.-Vuur.
Iemand met hartstocht. Een jong iemand.
Het is waar je hartstocht je heen voert.
Misdaad uit hartstocht?
Je hartstocht.
Hun hartstocht voor de visioenen van de Frater neemt dagelijks toe.
Hartstocht is niet altijd een goede raadgever.
Hartstocht in de zin van uw befaamde markies de Sade.
En geen enkel die mijn hartstocht deelt voor de koloniale manier van leven.
Hartstocht zonder precisie is chaos.
Hartstocht moet ingetoomd worden.
Hartstocht beheerst ons en wij Gehoorzamen.
M'n hartstocht, de vonk.
Mensen die geen hartstocht kennen, hebben al die andere dingen.
oorlogen en vooral hartstocht.
Ik weet hoe 't voelt als hartstocht bezit van mij neemt.
Eén die helaas groter was dan de hartstocht voor zijn vrouw.
Voordat ik u ontmoette, kende ik alleen maar hartstocht.
Mijn hartstocht.