Voorbeelden van het gebruik van Jij bent vroeg in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Jij bent vroeg op. 23 DECEMBER.
Duke. Jij bent vroeg,!
Jij bent vroeg op. Een tijdje.
Jij bent vroeg. Goedemorgen.
Hoi, jij bent vroeg thuis. Momentje.
Jij bent vroeg op. Angel?
Jij bent vroeg thuis. Claire!
Jij bent vroeg thuis.- Goed.
Jij bent vroeg op werk.
Jij bent vroeg thuis. Bedankt.
Jij bent vroeg thuis. Hé.
Jij bent vroeg wakker. Goedemorgen.
Jij bent vroeg op.
Jij bent vroeg op.
Hé, jij bent vroeg. CAMELLIA!
Jij bent vroeg op.
Jij bent vroeg op.
Hé, lieverd. Jij bent vroeg op.
Jij bent vroeg.
Jij bent vroeg thuis.