Voorbeelden van het gebruik van Sir thomas in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Bisschop Tunstall. Sir Thomas.
Vanmorgen niet, Sir Thomas.
Wees voorzichtig, Sir Thomas.
Vergeef mij, sir Thomas.
Sir Thomas droeg een ossenring.
De bibliotheek van Sir Thomas.
Gaat u zitten, Sir Thomas.
Gaat u zitten, Sir Thomas.
Sir Thomas, gelooft u me.
Sir Thomas Paget gaat met pensioen.
Sir Thomas zou dat niet willen.
Sir Thomas is namelijk al getrouwd.
Sir Thomas vroeg naar juffrouw Price.
Sir Thomas is namelijk al getrouwd.
Sir Thomas, dit moet u lezen.
U heeft twee dochters, sir Thomas.
Heeft Sir Thomas problemen in Antigua?
Waarom noem je mij sir Thomas?
Met Sir Thomas Wyatt is afgerekend.
Het lijkt alsof Sir Thomas koorts krijgt.