Voorbeelden van het gebruik van Wil het zelf in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Ik wil het zelf doen.
Ik wil het zelf zeggen.
Ik wil het zelf doen.
Ze wil het zelf.
Ik wil het zelf.
Ik wil het zelf niet eens zien!
Hij wil het zelf oplossen.
Maar ik wil het zelf zien.
Waarom? Ik wil het zelf doen?
Ik wil hem dood en wil het zelf doen.
Gothel dacht van wel en ik wil het zelf controleren.
Ik heb de baan met haar gelopen, maar ze wil het zelf doen.
Zelfs mijn eigen mensen geloofden die verhalen vaak niet, maar ik wil het zelf weten.
Ik wilde het zelf betalen.
Ik wilde het zelf zien.
Ze wil 't zelf.
Ja, hij wilt het zelf opvoeden!
Ik wilde het zelf doen.
Ik wil 't zelf doen.
George wilde het zelf doen, geen onbekende moet Lennie doden.