Voorbeelden van het gebruik van Zichzelf in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Ze noemt zichzelf een otaku.
Hij noemt zichzelf een meesterschilder.
De organisatie noemt zichzelf: bewonersorganisatie Heydnahof.
Hij noemt zichzelf de Creator.
Wat als hij zichzelf heeft vermoord?
Mannen die diamanten voor zichzelf kopen: waarom niet?
De gebouwen zichzelf zijn kunstwerken
Of wilt u dat uw tuin zichzelf water geeft
De emotie had zo de kans"zichzelf" te zijn,
Ze loog om zichzelf te beschermen, of om u te beschermen.
In 1984 speelde hij als Zichzelf in zijn eerste film, Het andere net.
Aluminiumfolie als basis biedt zichzelf, omdat deze mogelijk in te vangen waslaag direct vangt.
De man die zichzelf aan een kaars brandde, toch? Liddy.
De bom zou van zichzelf afgaan, had jij je stil gehouden.
Voor zichzelf en voor anderen.
Je stiefvader heeft zichzelf nooit zijn fouten kunnen vergeven.
Dat is op zichzelf de perfecte verkiezingscampagne.
Ze had zichzelf leren lezen en schrijven.
Door zichzelf te injecteren met allerlei rotzooi?
Hij was van zichzelf een onbehouwen man.