Voorbeelden van het gebruik van Jullie in orde in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Weller, Jane, zijn jullie in orde?
Weller, Jane, are you okay?Zijn jullie in orde, man?
Zijn jullie in orde? Het is voorbij?
Wij zijn oké. Zijn jullie in orde?
We're fine. You okay?Zijn jullie in orde? Boven?
Upstairs. Are you all right?Zijn jullie in orde?
A-are you guys all right?Penny, Will, zijn jullie in orde?
Penny, Will, are you okay?Aye. Zijn jullie in orde?
Are you all right? Aye?Zijn jullie in orde?
You guys all right?zijn jullie in orde?
Dad, you okay?Hé, zijn jullie in orde?
Hey, you guys all right?Boven. Zijn jullie in orde?
Are you all right? Upstairs!Jan, Riley, papa, zijn jullie in orde?
Jan, Riley, dad, you okay?- Dad?Zijn jullie in orde? Wat is er gebeurd?
What happened? Are you guys all right?Zijn jullie in orde? Boven!
Are you all right? Upstairs!We maakten ons zorgen. Zijn jullie in orde?
We were so worried. You okay?Wat is er gebeurd, zijn jullie in orde?
What happened? Are you guys all right?Hypno.-Alakazam. Zijn jullie in orde?
Hypno.-Alakazam. Are you all right?Danny, ik weet het niet. Zijn jullie in orde?
Danny, I don't know. You okay?Het is voorbij. Zijn jullie in orde?
You guys all right? It's over?
