Voorbeelden van het gebruik van Bomen in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Het zal bomen opzoeken.
Ze weten dat ik in bomen zit.
We benaderen door de bomen.
Bij die bomen.
kalkoenen of bomen.
Na enkele weken worden de marulas overrijp, en vallen ze van de bomen.
Uitbreiding van het EUROSILVA-netwerk voor onderzoek betreffende de fysiologie van bomen.
Het schaatsen, de lichtjes, de bomen.
Paps bracht ook altijd zulke bomen naar huis.
Beweging, bij de bomen.
Dat is 'm, bij die bomen.
Bum-Ju, mijn bomen geraken op.
Door de bomen.
Voorbij die bomen.
Ik denk dat we de bomen moeten proberen.
En heel eerlik gezegt- Eén biljoen bomen betekend 150 bomen per persoon.
Cynth. Kijk door de bomen.
Waarvan geïsoleerde kenmerken kleine groepjes bomen, enz.
De Schotten bonden je vast aan uit elkaar gebogen jonge bomen.
Het is bijna kerst, de bomen worden gekapt.