Voorbeelden van het gebruik van Was vrij in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Ja, ik was vrij jong.
Ja weet ik. De zalm was vrij goed.
Nee, hij was vrij!
Ik was vrij.
U was vrij.
Dat was vrij goed.
De weg was vrij.
Echter, de top-achterzijde scharnierende achterklep was vrij zwaar.
Ik was vrij om de oneindige mogelijkhedenvan het leven te verkennen.
Het was vrij eenvoudig.
Het idee achter hun plan van overheersing was vrij eenvoudig.
Klopt, maar dat bureau was vrij.
Ik was vrij om het leven en haar diepere betekenissen te ontdekken.
Die laatste actie was vrij ernstig.
Ik was vrij, kon gaan en staan waar ik wilde.
Ik was vrij en schoon!
Hij legde z'n hand op m'n schouder en ik was vrij.
Dat was vrij recent.
Kijk, ik was vrij lastig op de universiteit.
De nacht was vrij kalm.