PLANEAN - vertaling in Nederlands

plannen
proyecto
plano
planificar
intención
designio
planificación
planear
programar
willen
deseo
quieren
desean
gustaría
buscan
pretenden
necesitan
intentan
ze plannen
están planeando
planifican
programan
planning
planificación
programación
horario
planeamiento
planificar
planeación
planear
calendario
cronograma
planes
plant
planta
vegetal
planificar
planear
beramen
planean
traman
planificación
conspirar
ideará
trazar
conspiración
plan
proyecto
plano
planificar
intención
designio
planificación
planear
programar
wil
deseo
quieren
desean
gustaría
buscan
pretenden
necesitan
intentan
wilt
deseo
quieren
desean
gustaría
buscan
pretenden
necesitan
intentan

Voorbeelden van het gebruik van Planean in het Spaans en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official/political category close
  • Computer category close
  • Programming category close
República Checa y Alemania planean.
Tsjechië en Duitsland gepland.
Planean mayor operación nunca vista.
Ze plannen de grootste operatie ooit.
Planean controlar el mundo a través de la futura dominación global china.
Zij plannen om de wereld te controleren middels een toekomstige wereldwijde Chinese dominantie.
Planean algo contra Falcone.
Ze plannen iets tegen Falcone.
Arabia Saudita y EAU planean lanzar Cyptocurrency para el comercio mutuo.
Saoedi-Arabië en de VAE Plannen van Cyptocurrency voor wederzijdse handel.
Pero nunca planean nada por teléfono.
Maar ze plannen nooit iets over de telefoon.
¿Cómo planean devolverlo a su propio universo?
Hoe wil je 'm dan meenemen naar je eigen universum?
Y esto no es algo que planean para el futuro.
En dit is niet iets dat ze plannen voor de toekomst.
¿Y cómo planean hacerlo?
En hoe willen ze dat doen?
no dónde están o qué planean.
niet waar ze zijn of wat ze plannen.
Planean algo en Nueva York.
Ze zijn iets van plan in New York.
Planean matar 94 hombres en dos años y medio.
Ze willen binnen 2 1/2 jaar 94 mannen vermoorden.
Entonces,¿que planean suicidio en masa, asesinato en masa,?
Wat zijn ze van plan. Een groepsdood, een massamoordenaar?
Tal vez planean llenarla?
Misschien willen ze het vullen?
Los Jueves planean el fin de semana.
Donderdag, de plannen voor het weekend.
¿Planean parar la nominación de la Corte Suprema también?
Wil je die nominatie ook tegenhouden?
Si planean trabajar más tiempo, deben descansar durante aproximadamente una hora.
Als ze langer willen werken, moeten ze een pauze van ongeveer een uur nemen.
Planean sujetarlo al fuselaje del avión.
Ze willen hem aan de romp van het vliegtuig bevestigen.
Se llama Zef. Planean un golpe esta noche en Gennevilliers en el Quatre Fontaines.
Ze willen vanavond 'n overval plegen in Gennevilliers, op Quatre Fontaines.
Ellos planean tomar una guarnición entera de"esclavos" bajo tierra.
Ze zijn van plan om een gehele garnizoen van”slaven” mee te nemen onder de.
Uitslagen: 1458, Tijd: 0.0698

Top woordenboek queries

Spaans - Nederlands