Voorbeelden van het gebruik van Fuhren in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Betty und ich fuhren direkt vom Probeessen nach Thornhill.
Sie fuhren mich zu einem verlassenen Haus.
Sie fuhren im Sturm hinaus?
Wir fuhren in Marseille herum.
Und dann fuhren wir ganz schnell weg.
Sie wird zu lukrativen Zwecken genutzt werden und zu Mißbräuchen fuhren.
De informatiemaatschap pij zal gebruikt worden voor winstgevende activiteiten en tot misbruiken leiden.Fuhren auf verschiedene Exkursionen- sehr inetersno
Wir fuhren mit Lufthansa und Easyjet….
Wir fuhren zusammen im königlichen Zug,
Sie fuhren im Sturm hinaus?- Bitte?
Alsjeblieft. Zij voeren uit in een storm?Wir fuhren Paintball spielen, mit Tom und Danny.
We gingen paintballen met Tom en Danny.Gut. Sie fuhren Frank in einem Auto weg.
Mooi. Ze brachten Frank met een auto weg.Wir fuhren von Mr. Jansons Haus zur Schule.
We reden van Mr Jansons huis naar school.Sie fuhren mit der nächsten Fähre zurück?
Jullie vertrokken met de volgende ferry?Wir lassen uns von ihnen zu ihrem FIugzeugtrager fuhren.
We laten ons door hen naar hun vliegdekschepen leiden.Nach dem Cardinals-Spiel fuhren wir zu einem Feuerwerk.
We fietsten naar vuurwerk na het spel Cardinals.Setzen Musik, Wir fuhren mit dem Boot auf einem unterirdischen See, Beleuchtung, Brunnen.
Zet muziek, We reisden met de boot op een ondergronds meer, lichten, putten.In den letzten Monaten fuhren wir von Stadt zu Stadt.
De afgelopen maanden gingen we van stad naar stad.Also fuhren wir nach Italien.
Dus namen we onze vrouwen mee naar Italië.Wir fuhren im Auto.
We reden in een auto.
