BEAR - vertaling in Nederlands

• beer
• dragen
• bear
• baren
• afwerpen
• uitstaan
• geduld
• beertje
• draagt
• draag
• gebaard
• beers

Voorbeelden van het gebruik van Bear in het Engels en hun vertalingen in het Nederlands

Mike? A bear in the camp! Bear!.
Mike?- Een beer in het kamp!- Bear!

This approach will undoubtedly bear fruit if pursued consistently.
Ongetwijfeld zal deze aanpak bij consequente toepassing vruchten afwerpen.

I can't bear Fascists, can you?
Ik kan fascisten niet uitstaan, jij?

You will bear children for them.
Jullie zullen kinderen baren voor hen.

And bear.
En Bear.

I'm not your baby bear, jackass.
Ik ben je beertje niet, lul.

You will have to bear with me.
Je zult geduld met me moeten hebben.

In any case, your investigation must bear fruit, and quickly, Marchal.
In alle geval moet je onderzoek vlug vruchten afwerpen, Marchal.

No, but I can't bear the Fascists.
Nee, ik kan alleen die fascisten niet uitstaan.

My mother said she could bear me sons.
M'n moeder zei dat ze me zonen kon baren.

You will bear children for them.
Jullie zullen kinderen voor hen dragen.

Oh, teddy bear.
Oh, Teddy Beer.

Jorah Mormont of Bear Island.
Jorah Mormont van Bear Island.

You bear his mark now.
U draagt zijn teken nu.

Shit! Sleep my bear, sleep.
Shit. slaap beertje slaap slaap Shit.

Just bear with me.
Heb geduld met me.

I can't bear that woman.
Ik kan die vrouw niet uitstaan.

However, I hope that this cooperation will bear fruit.
Ik hoop echt dat deze samenwerking vruchten zal afwerpen.

Because I gotta bear the baby, not you.
Omdat ik de baby moet baren, jij niet.

That's the cross we have to bear.
Dat is het kruis dat we moeten dragen.