MARRIED - vertaling in Nederlands

['mærid]
['mærid]
getrouwd
marry
marriage
wedding
wed
get hitched
gehuwd
marry
wed
marriage
espouse
intermarry
trouwde met
marry
loyalty with
allegiance with
faithfully with
faithful with
huwelijk
marriage
wedding
matrimony
propose
marry
trouwde
marry
marriage
wedding
wed
get hitched
trouwen
marry
marriage
wedding
wed
get hitched
getrouwde
marry
marriage
wedding
wed
get hitched
huwde
marry
wed
marriage
espouse
intermarry
gehuwde
marry
wed
marriage
espouse
intermarry
huwden
marry
wed
marriage
espouse
intermarry

Voorbeelden van het gebruik van Married in het Engels en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Ecclesiastic category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Computer category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
His father Ferdinand Coosemans married twice.
Zijn vader Ferdinand Coosemans trad tweemaal in het huwelijk.
I didn't want to be married.
Ik wil niet gehuwd zijn.
No, no, Alice is married.
Nee, nee, Alice is getrouwd.
V for Virginia, married name, Astergaard. Astergaard.
V voor Virginia, getrouwde naam, Astergaard. Astergaard.
My mother married him when I was three.
M'n moeder trouwde hem toen ik drie was.
I'm gettin' married in December.
Ik ga trouwen in december.
He married Celia two weeks later.
Hij trouwde met Celia, twee weken later.
Living together before we're married is strange.
Samenleven voor het huwelijk is raar.
Cause I'm still married, Raylan.
Omdat ik nog steeds gehuwd ben, Raylan.
Richard and I were married night before last in Reno.
Richard en ik zijn eergisteren getrouwd in Reno.
Yes. And married people.
En getrouwde mensen. Ja.
She married the son of Lord Esher, then retired.
Ze huwde de zoon van Lord Esher en stopte.
Skip married a cheerleader.
Skip trouwde een cheerleader.
Even if you get married and you and your husband.
Zelfs als u gaat trouwen en u en uw man.
Married woman playing with pussy Bbw/ Ex-girlfriend.
Married vrouw spelen met kut Bbw/ Ex-vriendin.
She married King George III.
Ze trouwde met Koning George III.
We wasn't married Christian.
Het was geen christelijk huwelijk.
I was married to someone else.
was ik met iemand anders gehuwd.
Harry and Abigael were… married.
Harry en Abigael waren getrouwd.
Married woman winking at the camera.
Gehuwde vrouw die naar de camera knipogen.
Uitslagen: 47396, Tijd: 0.0812

Top woordenboek queries

Engels - Nederlands