SORTAIS - vertaling in Nederlands

ging
aller
partir
passer
continuer
faire
sortir
commencer
filer
venir
sont
uitging
sortait
s'est éteinte
émane
est parti
kwam
venir
sortir
passer
ici
arrivent
sont
entrent
vont
atteignons
omging
traînait
sortais
fréquentait
aviez géré
traitait
voyait
date
rendez-vous
rencard
sors
rancard
rencart
cavalier
jour
verliet
quitter
laisser
sortir
abandonner
partir
désert
à la sortie
daten
sortir
rencontres
ensemble
rendez-vous
rencard
fréquenter
vrijkwam
libérer
libération
sortir
rejet
dégagées
dégagement
weg
route
chemin
voie
loin
sortir
quitter
absent
voirie
dehors
sentier
ga
aller
partir
passer
continuer
faire
sortir
commencer
filer
venir
sont

Voorbeelden van het gebruik van Sortais in het Frans en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official/political category close
  • Computer category close
  • Programming category close
Tu sortais?
Ga je weg?
Papa, je t'ai dit que je sortais.
Pap, ik zei dat ik uitging.
Elle doit pas savoir que tu sortais.
Ik denk niet dat ze wist dat je vrijkwam, weet je.
Comme tu t'inquiétais quand je sortais avec un démon.
Zoals jij dat deed toen ik met een demon uitging.
Je sortais boire un verre avec des gens.
Ik ga iets drinken met enkele mensen.
Je croyais que tu sortais avec Rock.
Ik dacht dat je uitging met Rock.
Quelques dimanches, je sortais visiter mes ovules congelées.
Sommige zondagen, ga ik rijden en bezoek ik mijn bevroren eieren.
Je croyais que tu sortais avec Molly?
Ik dacht dat je vanavond met Molly uitging?
J'ai pas été assez claire quand je t'ai dis que je sortais avec lui?
Heb ik niet duidelijk gezegd dat ik met hem ga?
Je croyais que tu sortais avec eux.
Ik dacht dat je met hen uitging.
Je ne savais pas que je sortais avec un acteur connu.
Ik wist niet dat ik met een beroemdheid uitging.
Pourquoi tu m'as pas dit que tu sortais avec Sam?
Waarom zei je niet dat je met Sam gaat?
On m'a dit que tu sortais.
Ik hoorde dat je er vandoor gaat.
Non, c'était en rapport avec la fille avec qui je sortais.
Nee, het was voor 't meisje met wie ik uitging.
Celui avec qui tu sortais?
Over degenen met wie jij uitging?
Il n'en avait rien à faire avec qui je sortais.
Het maakte hem nooit iets uit met wie ik omging.
Comment tu savais que je sortais avec Mat?
Hoe wist je dat ik met Mat uitging?
Sauf que je lui ai spécifié que je ne sortais pas avec des docteurs.
Alleen, ik heb haar verteld dat ik niet date met doktors.
Il a dit que tu sortais lundi.
Hij zei dat je pas maandag vrijkwam.
Pourquoi cette soirée piano alors que tu savais que je sortais?
Waarom doe je dit? Je wist dat ik uitging.
Uitslagen: 175, Tijd: 0.1285

Top woordenboek queries

Frans - Nederlands