NERVEUS - vertaling in Duits

• nervös
• aufgeregt
• unruhig
• Angst
• schreckhaft
• nervöser
• nervöses
• nervöse

Voorbeelden van het gebruik van Nerveus in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits

Sally Tiny Tears maakt mij nerveus.
Sally mit den Schlafaugen macht mir Angst.

Bart, niet nerveus zijn.
Bart, sei nicht aufgeregt.

N Ontmoeting in de woestijn maakte me altijd nerveus.
Ein Treffen draußen in der Wüste macht mich immer nervös.

Nerveus klein vogeltje.
Nervöses kleines Vögelchen.

Ze is nogal nerveus en…… ze wil jullie hier niet als ze erachter komt.
Sie ist eine nervöse Frau und… Sie würde euch sonst nicht hier haben wollen.

Nerveus baasje, nietwaar?
Nervöser, kleiner Mistkerl, oder?

Zij werden nerveus, en het water kookte over.
Der Scheich wurde unruhig und das Wasser kochte über.

Ik ben alleen een beetje nerveus.
Ich bin nur etwas schreckhaft.

Wright maakte me nerveus.
aber… Wright hat mir Angst gemacht.

Ze was alleen wat nerveus.
Sie ist nur aufgeregt.

Afspreken in de woestijn maakte me altijd nerveus.
Ein Treffen draußen in der Wüste macht mich immer nervös.

Zoals altijd. Nerveus ding, hè?
Nervöses Ding, oder?- Wie immer?

Nerveus eczeem van somatische aard.
Somatischen Ursprungs. Nervöser Hautausschlag.

Ik denk dat ik echt nerveus ben.
Ich schätze, ich bin die Nervöse.

Zij werden nerveus.
Der Scheich wurde unruhig.

Een paar dagen geleden leek hij nerveus.
Vor zwei Tagen war er schreckhaft.

Om eerlijk te zijn waren Berlijn en ik net zo nerveus als Rio.
Um ehrlich zu sein hatten Berlin und ich genauso Angst wie Rio.

Sorry, ik ben nerveus.
Pardon, ich bin aufgeregt.

Ik ben wel wat nerveus.
Das macht mich nervös.

Nerveus ding, hè?- Zoals altijd.
Nervöses Ding, oder?- Wie immer.