Voorbeelden van het gebruik van Nu geef in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Nu geef je mij de schuld.
Nun gibst du mir dafür die Schuld.Nu geef je ons dat geschenk terug.
Jetzt gibst du uns dieses Geschenk zurück.Maar nu geef ik ze aan je terug uit vriendschap.
Aber jetzt gebe ich sie dir als Zeichen der Freundschaft zurück.Nu geef je me nog een kans,
Jetzt gibst du mir eine neue Chance,Dus nu geef je vaderlijk advies?
Eerst praat je niet en nu geef je advies?
Und nun gibst du mir Ratschläge?En nu geef ik hem aan jou.
Und jetzt gebe ich sie dir.En nu geef je het bevel.
Und jetzt gibst du den Befehl.Nu geef me het wapen.
Jetzt geben Sie her.Eerst pleeg je een coup, nu geef je me een bevel.
Erst der Putsch, und nun gibst du mir Befehle.Nu geef ik jou huwelijksadvies?
Jetzt gebe ich dir Eheratschläge?Nu geef je me de code.
Aber jetzt gibst du mir den Code.Hij gaf jou kleren… en nu geef je die aan hem.
Er Eerst praat je niet en nu geef je advies.
Als erst redest du nicht. Und nun gibst du mir Ratschläge.En nu geef ik 't aan jou.
Und jetzt gebe ich sie Ihnen.En nu geef je 't gewoon op?
Und jetzt gibst du einfach so auf?Eerst praat je niet en nu geef je advies?
Jetzt geben Sie mir Ratschläge?Wat ik je nu geef, wordt nu jouw eigendom.
Das ich dir jetzt gebe, wird dein Eigentum.En nu geef je het terug?
Und jetzt gibst du sie zurück?Nu geef ik je iets om voor te leven!
Jetzt gebe ich dir etwas, wofuer du leben kannst!
