GEEF - vertaling in Duits

gib
geven
zijn
er
hebben
krijgen
bestaan
bieden
voer
typt
lass
laten
kunnen
doen
geven
houden
achterlaten
gaan
mogen
bring
brengen
laten
krijgen
halen
geven
zetten
maken
nemen
gaan
opleveren
schenke
geven
besteden
kopen
krijgen
cadeau
taveernes
mach
doen
maken
gaan
nemen
geven
zetten
zijn
waardoor
besorg
halen
regelen
geven
krijgen
bezorgen
kopen
zoeken
vinden
nemen
gaan
nenn
noemen
zeggen
geven
heten
naam
vermelden
erteile
geven
verlenen
verstrekken
wordt afgegeven
verleen
worden verleend
biete
bieden
geven
leveren
hebben
beschikken
verschaffen
verstrekken
zeig
laten zien
tonen
geven
onthullen
wijzen
leren
weergeven
demonstreren
duiden
blijkt

Voorbeelden van het gebruik van Geef in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Ecclesiastic category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Computer category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Geef me een mooie dag
Schenke mir einen schönen Tag
En geef me geen schuldgevoel.
Und mach mir kein schlechtes Gewissen.
Geef Cash de mogelijkheid om ergens warm en zonnig op te groeien.
Lass Cash an einem warmen und sonnigen Ort aufwachsen.
Schat, geef hem iets te drinken.
Schatz, bring ihm was zu trinken.
Geef hem aan hem!
Gib es ihm!
Geef me mijn mobiel, Alain.
Gib mir mein Handy, Alain.
Geef me je bevelen.
Erteile mir Befehle.
Geef me een wapen.
Besorg mir eine Waffe.
Geef me één reden waarom ik je zou moeten vergeven.
Nenn mir einen Grund, warum ich dir vergeben sollte.
Ik geef je mijn leven en mijn dood.
Ich schenke dir mein Leben und meinen Tod.
Ik geef je een knuffel. Knuffel nodig?
Lass mich dich umarmen. Brauchst du eine Umarmung?
Ik geef je bruine ogen.
Ich mach dir braune Augen.
Geef haar een ampul D50.
Gib eine Ampulle Aldoril D50.
Geef me de"U"! Daar! De"U"!
Das"U"! Gib mir das"U"! Da!
Geef ons de man die onze agenten vermoordde… dan kunnen we het over je toekomst hebben.
Bring uns den Mann, der unsere Agenten ausgesschaltet hat.
Nee. Ik geef je de kans iets te bouwen.
Nein. Ich biete Ihnen die Chance, etwas aufzubauen.
Ln lsraël geef ik de bevelen.
In Israel erteile ich die Befehle.
Geef me één goede reden,
Nenn mir einen guten Grund,
Vertel Amy, Ik geef haar de dagen. jouw Amy.
Sag Amy… deiner Amy, ich schenke ihr diese Tage.
Ik geef je een nieuwe.
Ich besorg dir ein neues.
Uitslagen: 63465, Tijd: 0.0764

Geef in verschillende talen

Top woordenboek queries

Nederlands - Duits