Voorbeelden van het gebruik van Nu wil in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Nu wil ik jullie voorstellen aan Sara, een meisje uit mijn congregatie.
Maar nu wil ik iets anders zeggen.
Maar nu wil je dat ik toekijk terwijl jij lijdt?
Nu wil ik Megan.
Ik heb het, nu wil ik dat je gaat.
Nu wil ik gewoon naar huis.
En nu wil hij zichzelf overtreffen.
Maar nu wil ik geen vriend.
Nu wil ik nog een joint.
Nu wil ik naar Baptiste.
Inderdaad, maar nu wil ik het terug.
Nu wil ik ze niet meer.
Nu wil ik een teken van vertrouwen van jouw kant.
Nu wil Drake meer dan de bestanden.
En nu wil je, dat ik hem opspoor.
En nu wil hij mij de schuld geven.
Maar nu wil ik me concentreren op uw veiligheid.
Nu wil het intelligente Europese filmpubliek Aziatische filmproducties zien.
Maar nu wil ik het terug.
En nu wil hij ze niet teruggeven.