Voorbeelden van het gebruik van Amper in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Het bedekt amper je halve borst.
Ik kan amper schrijven, Paige.
Wie amper een potlood kunnen slijpen.
Ik zie amper een christelijk gezicht.
Een cycloon, amper 320 Km hier vandaan.
Het is amper drie uren.
Wij kunnen amper voor onszelf zorgen.
We zien amper onze families en voor wat?
Maar hij kan amper lopen!
We hadden amper tijd om in te pakken.
Ik heb amper tweeënhalve man gekend.
Het is amper 5 jaar terug.
We zien amper onze families en voor wat?
Hij weet amper wie ik ben.
Zes jaar en ik kende hem amper.
Hij is amper ouder dan Tibby.
Het is amper 5 jaar terug.
En toen, amper negen weken later.
We hebben amper vijf credits voor de lunch.
Ik kan amper geloven dat ik met u.