Voorbeelden van het gebruik van Beest in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Er zit een beest op mijn bisschop.
Beest of ongedierte?
Hou dat beest aan de lijn.
Dat beest in je armen? Die mensen?
Hij is geen beest, Jackie.
Hij is vast een beest in bed.
Zowel Mia als Beest keken verbaasd op.
Het beest betaalt de prijs van de lage prijzen.'.
Geen beest ontkomt aan de Ex.
Je bent een beest en een dwaas!
Luister, dat beest kan uit het niets aanvallen.
Dat beest in je armen?
En dit is het beest die bewaakt moet worden.
Papa. Ja, u bent een beest.
Hij is erger dan een beest.
Van Beest heeft drie soorten blokken direct uit voorraad leverbaar.
Da's een wild beest, hè? Een varken?
Wat voor soort beest is dat?
Het beest is per definitie onschuldig.
Luister, dat beest kan uit het niets aanvallen.