Voorbeelden van het gebruik van Dat schip in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Mijn mam zit niet in dat schip, hè?
Er is één levensteken aan boord van dat schip.
Nee. Dat schip, was ik daar ook?
Er zijn acht regimenten met soldaten op dat schip.
Misschien dat jullie mij iets kunnen vertellen over dat schip.
Wat doet dat schip daarbinnen?
Als jij dat schip weer op gaat, gaan wij mee.
Ik heb dat schip nodig!
Jij was op dat schip om af te maken wat ik niet kon doen.
Waar gaat dat schip naartoe?
Dat schip heeft vroeger gediend voor de Nederlandse marine.
Dat schip, mijn vriend, Was een Luxaanse Verre-Ruimte Reiziger.
Dat schip, de Challenge 141, bereikte zijn bestemming.
Dan is dat schip onze enige hoop.
Ik probeer me dat schip te herinneren.
Dat schip moet nu worden gescand.
Denk je dat wij dat schip kunnen slepen?
Nog voor jij aan boord stapt, is dat schip van mij.
Maar ik doorzoek dat schip.