Voorbeelden van het gebruik van Gelukkig is in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Ik wil dat zij gelukkig is.
Ik wil gewoon dat Nicole gelukkig is.
Zeg me dat ze gelukkig is.
Ik wil dat iedereen gelukkig is.
Dat ze gelukkig is.
Ik geef erom dat ze geliefd is en dat ze gelukkig is.
Ze huilt alleen maar als ze gelukkig is.
Ik bedoel dat ik wil dat ze gelukkig is.
Ze schreeuwt teveel als ze gelukkig is!
Maar voor mij telt alleen dat Henry gelukkig is.
Nee, ik wil vooral dat ze gelukkig is.
Ik wil dat ze gelukkig is.
Het betekent dat moeder gelukkig is.
En ik wil alleen dat hij gelukkig is.
Gaat hij altijd strippen als hij gelukkig is?
Ze is zelfs miserabel als ze gelukkig is.
Maar, mevrouw, weet u heel zeker dat hij daar gelukkig is?
Ze is mijn dochter nu en ik wil dat ze gelukkig is.
Ik denk dat ze gelukkig is.
Ze zegt dat ze gelukkig is.