Voorbeelden van het gebruik van Sorry in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Sorry dat je moest wachten,
Sorry, maar het is geen gezicht.
Sorry dat ik je stoor op zaterdag, maar ik wilde jullie even bijpraten.
Sorry, dat ik je stoor, maar je zonen hebben je nodig.
Sorry dat ik niks heb laten horen,
Sorry, mijn vader zei
Hetzelfde sorry, geen sorry, dezelfde woede en spijt.
Sorry, maar volgens mij is mijn cliënt dat punt al voorbij.
Sorry, meneer, er is geen 'andere kelder.
Sorry, maar ik moet dit doen.
Sorry kapitein, je kunt Salem nog niet verlaten.
Sorry dat ik je stoor, maar mag ik je handtekening?
Sorry dat ik je wakker maak, je ziet er afgepeigerd uit.
Sorry, maar ik zoek 'n cadeau voor een vriendin.
Sorry, Tristin, kan ik even met je praten?
Sorry dat we zo binnen vallen… maar we waren… dood.
Sorry, bent u een vis kwijt?
Sorry dat ik stoor… maar m'n Shooter wordt vermist.
Sorry als ik niet blaak van zelfvertrouwen.
Sorry, ik had moeten bellen.