Voorbeelden van het gebruik van Hoeder in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Een mooier cadeau kan ik niet krijgen. De Hoeder van de Beenderen.
Ben ik mijn partners hoeder, John?
Ik ben je hoeder, Matthew.
Hoeder van de Negen Werelden.
Een hoeder die voor een vampier werkt.
Hoeder van de mens, aanschouw dit met meelij, uw dienaar.'.
Ben je je broeders hoeder, denk je?
Deze hoeder, hij is dood,
Ben ik de hoeder van m'n broeder?, vroeg Kain.
Ik zal de Hoeder van Tijd nu binnen laten komen.
Wie moet de hoeder van de grondwet zijn?
En jij, mijn'hoeder', wist dit al die tijd.
Breng de Hoeder dan maar thuis.
En de Hoeder van de planeet?
Je bent de hoeder van je broeder!
We onze Hoeder wat tijd moeten geven.
De Hoeder moet gestopt worden.
U bent uw broeders hoeder, zoals hij de uwe is.
Een hoeder zei me om jou te zoeken.
En als jij Buffy had gehad en Giles mijn hoeder was geweest?