Voorbeelden van het gebruik van Hoogheid in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Zijne hoogheid, Ah-Twa.
Uw Hoogheid.
Welkom, hoogheid.
Zo is Don Calogero, hoogheid.
Nee, Hoogheid.
Niet altijd, uwe Hoogheid.
Als uw dienares… groet ik u, hoogheid.
Uwe Hoogheid… ik ben blij u te mogen verwelkomen.
Uwe hoogheid. Hier hebben we niets aan.
Hoogheid, laat me je mijn diepste…- Kunnen we ze terugkrijgen?
Hoogheid, het derde Bataljon probeert het paleis in te nemen.
Hoogheid, wie heeft u onteerd?
Hoogheid, met de magneet.
Uw Hoogheid?
Hoogheid, mijn ouders hebben besloten onze tournee voort te zetten.
Uwe Hoogheid, ik kan niet toestaan.
Uwe Hoogheid is slecht geïnformeerd over de toestanden in Boulogne.
Zeg tegen hare Hoogheid dat ik kom”, zei hij koel.
Alstublieft, hoogheid. Ga niet.
Zijne hoogheid verwacht ons.