Voorbeelden van het gebruik van Moraal in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Moraal van dit verhaal: wees gelukkig.
Moet de moraal terug in de economie?
De moraal van de Saoud-familie.
Wat is… moraal van het verhaal? 3.
Moraal van dit verhaal: wees gelukkig met een.
je antieke gevoel voor moraal.
te beginnen met de Katholieke moraal.
Tijden veranderen, moraal veranderen.
er is slechts één moraal.
Nu, kijk naar de moraal van de naties.
Wat is jouw moraal?
Dat is een aanslag op de moraal!
Het bevat kennis als een strijdwagen en huisvest moraal als een kamer.
Dit is slecht voor moraal.
Dat heet team moraal.
Ik dacht niet aan de moraal.
John, wat is gebeurd met je moraal, sinds je hier bent?
Dit WK gaat over voetbal en niet over een goedkope moraal.'.
Morgen moraal.
Maar hij zorgde ervoor dat het leek alsof hij in Libië was, voor de moraal.